13 Mijn identiteit?!

Veel mensen reageren op mijn blogs, wat ik natuurlijk fijn vind, want dat bevestigt dat het gelezen wordt! Tegelijk vind ik de reacties best schrijnend, ik hoor namelijk erg vaak terug dat het zo herkenbaar is. Niet iedereen is te vondeling gelegd of geadopteerd, maar zovelen worstelen met dezelfde gevoelens qua identiteit en veiligheid. Wat maken wij mensen toch veel kapot bij elkaar. We stellen anderen teleur, we voelen ons niet goed genoeg gehoord of gezien. Zovelen verlangen met mij naar een veilige plek en zien uit naar echt thuiskomen bij de Vader. Niet dat het leven hier op aarde voor iedereen één groot drama is. Maar laten we eerlijk zijn, het kan een terugkerend gevecht zijn om je hier in deze wereld staande te houden. 

We moeten met zijn allen voldoen aan zoveel verwachtingen. Hoe we ook proberen hier niet in mee te gaan, toch heeft ieder hier op zijn of haar eigen wijze last van. We denken te weten wat de verwachtingen van de ander is. Vervolgens proberen we aan die onuitgesproken verwachtingen te voldoen. Waarbij ik op wil merken dat het dus best mogelijk is dat we daarmee vreselijk veel energie verspillen, omdat die ander misschien niet eens die verwachting van ons had. Hoe moeilijk kunnen we het onszelf eigenlijk maken!

Het is schrijnend om te horen hoeveel mensen om me heen worstelen met hun identiteit. De vragen ‘wie ben ik’ en misschien ook vooral wel de vraag ‘wie mag ik zijn?’ heeft iedereen. De antwoorden hierop zijn alleen niet voor iedereen zo duidelijk. 

Je bent een partner, een broer, een zus, een ouder, een vriend, een mantelzorger, een directeur of onderwijzer. Maar wat blijft er van je over wanneer je al die rollen loslaat? Wie ben je en van waaruit leef je? Bepaald jouw rol ook jouw identiteit? Heb je ooit nagedacht over wie je zou wíllen zijn? Of wie je eigenlijk mag zijn van jezelf? Wat vind je daarin belangrijk, welke waarden en normen laat jij meespelen in jouw beslissingen? En wat zegt dat over jouw identiteit?

Het is mijn overtuiging dat God jouw fundament wil zijn. Hij is de oorsprong van jouw identiteit. Zijn waarheid over jou kan jouw identiteit bepalen, als je dat tenminste durft toe te laten. 

Wanneer ik naar mijn eigen leven kijk dan heb ik lang gedacht dat wat ik doe en presteer bepaalt wie ik ben. Ik vond het belangrijk dat anderen een goede indruk van mij hadden. Als ze mijn strijdlust, mijn eigengereidheid en zelfstandigheid zien, mijn goede prestaties en positieve resultaten, dan denkt men vast positief over mij. Die gedachte liet ik mijn identiteit bepalen. 

Het feit dat alle goede en positieve dingen die ik kon vanaf het begin dat ik in mijn adoptiefgezin kwam, continu genoemd werden naar anderen toe heeft hier natuurlijk aan bijgedragen. Ik heb vaak te horen gekregen dat ik lief en rustig speelde. Aan mij had je eigenlijk geen kind, terwijl mijn ouders juist zo graag kinderen wilde;). Als peuter mocht ik op schoot bij mijn vader een verhaaltje voorlezen aan de visite, waarop iedereen natuurlijk met complimenten reageerden. De grootste beloning was voor mij dat mijn vader daarna altijd goedgemutst was. Ik maakte hem trots en blij en dat kon zorgen voor een (korte) periode van vredige rust in huis. 

Pas toen mijn lijf helemaal op was stond ik stil bij de vraag wie ik eigenlijk was wanneer ik nergens meer toe in staat was. Wie was ik, liggend in de foetushouding met de gordijnen overdag dicht. Niet meer in staat om meer te doen dan huilen en slapen. Welke bestaanswaarde had ik nog in die momenten dat ik nog net energie genoeg had om adem te halen? Eerlijk gezegd had ik in die tijd geen idee en eigenlijk maakte het me ook weinig meer uit.

Wel ontdekte ik dat ik niet meer die vrouw wilde zijn van eerst. Ik wilde niet meer te hoeven voldoen aan alle verwachtingen van anderen. Ik wilde geen meetlat meer naast mezelf moeten leggen om te checken of ik voldeed aan de eisen van anderen, althans aan de eisen waarvan ik dácht dat anderen die hadden. Ik was daar zo moe van…

Ik ontdekte in die periode dat mijn identiteit niet iets is wat ik of anderen bepaal, maar dat mijn identiteit door God bepaalt wordt. Hoe Hij over mij denkt, hoe Hij mij ziet , dat maakt wie ik ben. Ik ging zoeken in Zijn woord. En ik ontdekte hoe de bijbel een boek voor míj werd. Het werden woorden waarin God persoonlijk tot mij sprak. Gods woorden werden waarheden die over en tegen mij werden uitgesproken. Het was niet langer alleen maar een boek met verhalen over hoe machtig God is. Gods plan met mij lag al vast voordat Hij de aarde schiep. Ik pas in Zijn plan, sterker nog, Zijn plan was zonder mij niet compleet. Elke dag van mijn leven stond al beschreven in Zijn boek voordat ik in mijn moeders schoot gevormd werd. En hoewel ik dat stukje nog steeds niet echt snap, bemoedigt het me wel. Want hierdoor weet ik dat Zijn oog altijd al rustte op mij. Ik ben Zijn geliefde dochter, in wie Hij vreugde vindt en dat al eeuwen lang! Het feit dat ik Zijn dochter ben, maakt mij een koningsdochter en mede-erfgenaam. Hierdoor ben ik vrij en sta ik schoongewassen voor Gods troon. 

Wanneer ik echt geloof dat Gods woord waarheid is, dan geloof ik dat Gods woord bepaalt wie ik ben. Dan durf ik dat mijn basis te laten zijn.

Ik ben geheiligd, gereinigd en innig geliefd. Gods waarheid is mijn fundament. 

2 thoughts on “13 Mijn identiteit?!

Leave a comment