43. Jozef, van slaaf tot koning

Momenteel ben ik bezig met het bestuderen van het leven van Jozef uit de bijbel. Misschien ken je het verhaal. Jozef was één van de jongste zonen uit een groot gezin. Hij had 8 broers boven zich, allemaal van andere moeders en hij was zelf het lievelingetje van zijn vader, wat hem natuurlijk niet populair maakte bij zijn oudere broers. Op 17-jarige leeftijd ontving hij van God dromen die hem lieten zien dat hij ooit boven zijn broers en zijn vader zou komen te staan. Die dromen maakten hem nog minder populair. Vervolgens wordt Jozef door zijn broers verkocht als slaaf en belandt hij in een huishouden in Egypte. Daar wordt hij vals beschuldigd en zo belandt Jozef onterecht in de gevangenis. Je kan zijn hele verhaal lezen in de bijbel in het eerste gedeelte, de hoofdstukken 37 en 39-48 van Genesis.

Vroeger als klein kind was ik al gefascineerd door het verhaal van Jozef. Zijn prachtige veelkleurige jas sprak natuurlijk tot mijn verbeelding. Maar ook de eenzaamheid, de onzekerheid, de verantwoordelijkheid en de onterechte beschuldiging die hem in de gevangenis deed belanden maakte dat ik een diepe bewogenheid en bewondering voelde voor Jozef. 

Afgelopen dagen heeft zijn leven me opnieuw geraakt. En hoewel hij een man is, voel ik me verbonden met hem. Zijn leven lijkt in veel opzichten op de mijne. Jozef werd totaal onverwachts uit zijn familie weggerukt, hij werd eerst door zijn broers in een diepe put gegooid en vervolgens verkocht als slaaf.  Ook ik ben ‘weggerukt’ uit mijn biologische familie. En ook al heb ik ze nooit gekend toch voelt het als een gemis. Ik mis de cultuur, ik mis de geuren en de geluiden, ik mis de melodie van de taal en ik mis het zien van gelijk gekleurde en gevormde mensen om me heen. Het is lastig te zeggen dat ik het echt mis, maar als ik me er een voorstelling van maak dan krijg ik toch dat gevoel. Afgelopen voorjaar heb ik een Indonesische vrouw leren kennen. Toen ik haar zag en nu ik haar beter ken heb ik bij haar het gevoel van ‘thuiskomen’. Ze voelt als een verloren zus. Als ik haar zie en met haar praat voelt het gewoon zo eigen. Dat heb ik nooit echt gehad en daar geniet ik enorm van. 

Het in de donkere put gevoel heb ik ook gehad. Jozef was vol enthousiasme op reis gegaan naar zijn broers, maar zij waren vol van jaloezie en afgunst en gooiden hem in een put. Dat wat Jozef nog zag waren de lange donkere muren met bovenin een beetje licht. Tijdens de donkere periodes van mijn burn-out en depressie voelde het ook vaak alsof ik een diepe put zat met heel in de verte ergens een lichtpuntje. Het jammere was dat het lichtpuntje nooit dichterbij kwam. Het begrip ‘tunnelvisie’ kreeg hierdoor echt een heel nieuwe betekenis. Ik wist, net als Jozef, dat er buiten de donkere tunnel een hele mooie lichte wereld was. Maar ik had geen idee hoe ik uit die tunnel moest komen. Op eigen kracht zijn zulke dingen ook niet mogelijk. Jozef had met geen mogelijkheid zelf uit die put kunnen klimmen. Het is mij ook niet gelukt om op eigen kracht uit mijn duisternis te stappen. God Zelf trok mij eruit en hij gebruikte daar mijn man, kinderen, vrienden en therapiesessies voor. Maar wat mij bovenal geholpen heeft was de belofte dat God altijd bij mij zou zijn. Ik heb Hem vaak aan die belofte helpen herinneren. Ik deed aanspraak op die belofte, ik las het regelmatig in de bijbel. Hij had het Abraham, Mozes, Jozua, Zijn discipelen en nog vele anderen ook al beloofd. Want hoewel gevoelens als eenzaamheid, duisternis en hopeloosheid overheerste, moest ik wel geloven dat die belofte ook voor mij gold. Zonder Zijn aanwezigheid had het omhoog klimmen uit die put geen kans van slagen. 

Toen Jozef als slaaf onterecht beschuldigd werd kwam hij in een vreemd land in de gevangenis terecht. Ook hierin voel ik me verbonden met Jozef. Ook al heb ik nog nooit echt in de gevangenis opgesloten gezeten, toch zijn er fases in mijn leven geweest dat ik me onterecht opgesloten heb gevoeld. 

Vroeger als klein kind bleef ik regelmatig boven op mijn kamer omdat ik niet naar beneden durfde. Dan was de spanning tussen mijn ouders zo groot waardoor het te onveilig voor mij voelde om beneden te zijn. Soms verstopte ik mezelf in de kast, in de hoop dat ze mij niet zouden vinden. Ooit tijdens een ministrygebed voor mij heeft een bidder tot in detail beschreven hoe die plek eruit zag en dat zij Jezus daar bij mij zag zitten. Dit beeld heeft mij er echt van overtuigd dat God altijd bij mij is geweest. 

Op latere leeftijd heb ik me ook regelmatig gevangen gevoeld in situaties waar ik geen schuld aan had, maar waar ik wel de verantwoordelijkheid voelde om te zorgen dat alles goed verliep. Zo heb ik geleerd te zien wat anderen nodig hadden en voor hen te zorgen. Ik heb ook geleerd wat mijn kwaliteiten en gaven zijn en hoe ik ze goed kan inzetten op het juiste moment. 

De periode dat Jozef slaaf was en later zijn gevangenschap hebben hem gevormd als verantwoordelijke leider. Door leiding te geven aan het huishouden van Potifar en later de leidinggevende verantwoordelijkheden die hij kreeg in de gevangenis leerde Jozef goed om te gaan met zijn kwaliteiten en vaardigheden. Zo kon hij later als onderkoning het grote Egypte én zijn eigen familie van de hongerdood te redden.  

Ook in mijn leven hebben alle fases mij ook gevormd. Ik heb geen hoge functie in de regering en geef geen leiding aan een land zoals Jozef. Toch mag ik prachtige dingen doen in Gods koninkrijk waarbij ik al mijn kwaliteiten en vaardigheden zoals leiderschap en creativiteit heel goed kan inzetten. 

Jozef is van slaaf tot koning geworden. Zijn hele leven was God nabij en zegende Hij hem. Niet zozeer omdat Jozef het zo goed deed en God hem vanwege zijn goede gedrag beloonde. Maar God had aan Jozefs voorvaders telkens opnieuw de belofte gedaan dat Hij hun levens én dat van hun nageslacht zou zegenen. God zou God niet zijn, wanneer Hij zich niet aan Zijn beloftes zou houden. De belofte van zegen gold dus ook voor Jozef. 

Net als Jozef was ik slaaf. Slaaf van de zonde, slaaf van de gedachte dat ik als vondeling geen ruimte in mocht nemen. Ik zat gevangen in een web vol leugens over wie ik dacht te zijn. Tijdens mijn klim omhoog uit de tunnel ontdekte ik steeds meer wie ik was en wie ik ben vanuit God bekeken. Ik ontdekte dat ik Zijn geliefde dochter was. Ik hoefde niet langer als slaaf te leven. Alles wat van Hem was, is ook van mij.

In plaats van slaaf ben ik Gods kind. Een Koningsdochter! Met alle mogelijkheden en verantwoordelijkheden die bij die status horen. Én ik mag hierin Jezus volgen. Ook Hij werd verhoogd, van slaaf tot Koning.  

Hoe onvoorstelbaar mooi. 

2 thoughts on “43. Jozef, van slaaf tot koning

  1. Wat mooi dat je zoveel parallelen vindt met Jozef, en dan ook het verhoogd worden door de Heer na zoveel meegemaakt te hebben.
    Ik denk hierbij aan een simpel koortje van vroeger: https://youtu.be/3cheW1hhGO0
    In het Nederlands is de tekst v h 2e couplet: toen ik in de put zat trok Hij mij eruit. Dat zegt het ook precies.

    Liked by 1 person

  2. Henriëtte,

    Ik vind het zo fijn dat je in deze blog je worstelingen en heimwee naar eigenheid naar voren brengt. Ik heb net gebeden of de juiste mensen dit ogen lezen, dat ze er wat aan mogen hebben. Herkenning en troost.

    Wat een wonder dat God ons als Zijn kinderen omhelst. Laten we dat steeds meer geloven en van genieten. Ik vind het zo leuk dat een ‘zus’ gevonden hebt!

    Like

Leave a comment