Heerlijke titel toch!? Ik vermoed dat het direct triggert. Als lezer ben je benieuwd en als echte Nederlander ‘vind je er wat van’.
Al langere tijd wil ik over ‘aanklachten’ schrijven, maar het was er de tijd nog niet voor. Ik had alles zelf nog niet helder genoeg in mijn hoofd hierover. Zelfs nu nog weet ik niet precies waar deze blog heen gaat, dat laat ik maar aan de Geest over. Zoals alles in mijn leven heeft Hij ook de leiding over mijn schrijven. De meeste jaren van mijn leven heb ik zelf die leiding krampachtig vastgehouden. Wat dus geen al te groot succes bleek te zijn, want ik belandde in een burn-out. Toen God tijdens die zwarte donkere periode tot mij sprak was het enige wat Hij zei: ‘Jij bent Mijn geliefde dochter, Ik hou van jou.’ Dat werd mijn anker, dat werd mijn waarheid. Vanaf toen heb ik mij aan die woorden vastgehouden. Als ik opnieuw het gevoel had dat de grond onder mijn voeten wegzakte, als teleurstelling op teleurstelling volgde, dan herinnerde ik mezelf weer aan hoe God sprak en me vertelde wie ik was en hoeveel Hij van mij houdt. Ook tijdens al mijn teleurstellingen, mijn falen en ondanks al mijn tekortkomingen. In die periode liet ik mij dopen en deelde iemand met mij Kolossenzen 1 en 2. Deze hoofdstukken heb ik inmiddels zo vaak gelezen, bestudeerd en geciteerd. Waarbij vers 14 en 15 van hoofdstuk 2 mij enorm hebben geholpen om werkelijk in vrijheid door het leven te gaan.
Afgelopen paar jaar, waarin ik een steeds duidelijker standpunt ben gaan innemen en scherper ben gaan spreken over bepaalde geloofsonderwerpen, ben ik gaandeweg vriendschappen kwijtgeraakt. Ook vanuit andere contacten en (familie)relaties heb ik best wat tegenstand meegemaakt. Bepaalde beslissingen die we hebben genomen of uitspraken die ik heb gedaan, op basis van God en de Bijbel zijn me niet altijd in dank afgenomen. Sommige reacties waren ronduit heftig en gemeen.
Laatst vroeg iemand mij, ‘maar vind je dat niet erg dan? Lig je daar niet wakker van?’ Natuurlijk vind ik dat jammer, maar nee ik lig er niet wakker van. Wat dus niet betekent dat het me onverschillig laat.
Afgelopen jaren heeft God mij keer op keer geleerd dat Hij mijn reputatie zal beschermen. Ik ben door zuiveringsprocessen heen gegaan die me hebben geleerd om me niet onderuit te laten halen door wat mensen tegen of over me zeggen. En daar komt Kolossenzen 2: 14 weer om de hoek kijken. Zo vaak als ik die tekst heb geciteerd wanneer ik een negatieve reactie kreeg. En wanneer de vijand een aanklacht in mijn gedachten naar boven riep, wees God me telkens weer op die tekst.
Lange tijd heb ik mij van alles aangetrokken van wat anderen tegen mij of over mij zeiden. Wat weer tot gevolg had dat ik meeging in de aanklachten die de vijand mij influisterde. De vijand probeerde mij keer op keer te laten geloven dat ik niet goed genoeg was, dat ik het niet goed deed, niet goed zei, dat ik niet goed geloofde. Ik kon maar beter mijn mond houden, stoppen met schrijven, stoppen met denken dat God door mij heen wilde werken, stoppen met dienen in Gods Koninkrijk.
100% aanklachtvrij is een mooi streven. Ik weet niet of mij dat hier op aarde ooit gaat lukken. Maar ik kan wel getuigen dat ik al behoorlijk hoog scoor. Nogmaals, het laat me niet onverschillig wat mensen van me denken, welk oordeel ze hebben over mijn spreken en handelen. Maar ik weet wat Jezus voor mij heeft gedaan, wat de gevolgen daarvan zijn. Ik weet wie ik hierdoor ben en bovenal, ik weet hoe God naar mij kijkt. Zijn oordeel is bepalend voor hoe ik in het leven sta.
Wanneer ik een veroordeling ervaar en vervolgens de vijand daarop met leugens mijn denken probeert te beïnvloeden, dan pareer ik die door te getuigen dat Gods woord zegt dat ik Zijn geliefde dochter ben, heilig en volmaakt, prachtig en bekwaam gemaakt om alles te kunnen doen wat God van me vraagt.
Ik moet hierbij ook denken aan Ezechiël die de opdracht kreeg van God om tot zijn eigen volk Gods woorden te spreken. Dat is het lastigste publiek. Zeker in die tijd toen het volk van God niet meer naar God wilde luisteren. Ter bescherming maakte God Zelf het voorhoofd van Ezechiël ‘als diamant, harder dan steen.’ En God moedigt hem aan ‘wees niet bevreesd voor hen en wees niet ontsteld voor hun blik, want zij zijn een opstandig volk’. (Ezechiël 3: 9, 10)
Ook ik ervaar regelmatig dat bepaalde opmerkingen me niks meer doen. Alsof ze gewoon van me afglijden, zonder vat te krijgen op mijn denken of handelen. God laat me steeds vaker zien welk gevecht ik aan mag gaan én welke ik mag laten gaan. Het is net als hoe ik als moeder vroeger in de opvoeding bij mezelf regelmatig de afweging maakte van ‘pick your battle’. Is dit een strijd die ik met mijn kind aan wil gaan, of laat ik het gaan en bewaar ik mijn energie voor dat wat werkelijk belangrijk is?
Ik geloof dat dit de houding van Gods kinderen mag zijn. Zeker wanneer je een leiderspositie hebt, of op een andere manier spreekbuis van God mag zijn. Het is belangrijk om op reacties van anderen op jouw spreken en handelen te reageren. Sla er acht op, maar geef leugens geen kans om aanklachten te worden. Zo raak je niet uit balans.
Zelf vraag ik telkens aan God, ‘moet ik hierop ingaan en zo de strijd voor U aangaan, of moet ik dit laten gaan en is dit Uw strijd?’ Geloof me, deze houding maakt me heerlijk relaxt. Want als God laat weten dat dit niet mijn strijd is, dan schud ik het stof van mijn voeten zonder schuldgevoel en ga verder met dat wat God wil dat ik doe.
Gods woord zegt dat elke aanklacht aan het kruis genageld is. Door het offer van Jezus zijn wij vrij van elke aanklacht. Ik laat me dan ook niet weer gevangen zetten. Geen enkele aanklacht van de vijand zal wortel schieten in mijn denken en me daardoor tegenhouden om te wandelen in het plan dat God voor mij heeft.
Ook ik ben nog niet 100% aanklachtvrij. Daar kan ik makkelijk eerlijk over zijn. Maar ik weet inmiddels wel wat er in Gods woord staat. Dus wanneer de vijand mijn gedachten probeert te infiltreren met zijn leugens dan hou ik vast aan Gods waarheid. Ik ben Zijn geliefde dochter, Hij houdt van mij. Daarbij valt alles in het niet.