9. Stille Zaterdag

Vandaag, terwijl ik dit schrijf is het Stille Zaterdag. We beleven opnieuw een Paasweekeind terwijl er een pandemie over de wereld raast. Dus weer geen volle kerkzalen om de opstanding van Jezus te vieren. Ons leven is een stuk stiller dan voorheen. Stil, net als Stille Zaterdag. Na het sterven van Jezus werd Hij begraven en het graf ligt afgesloten en verzegeld te wachten tot het weer open mag. 

Het is een tijd van stille verwachting en van stille hoop, misschien wel van hoopvolle verwachting. Wachtend op de vervulling van de belofte!

Terwijl ik hierover nadenk dan denk ik ook aan de periode dat mijn adoptiefouders in stille verwachting leefden. Zij hebben nooit de negen maanden van ‘blijde verwachting’ gehad. Hun blijde verwachting werd keer op keer een diepe teleurstelling. Later hebben zij hun verwachtingen bijgesteld. Zij moesten lang wachten op toestemming en daarna nog een hele tijd wachten op dat telefoontje waarin verteld werd dat er een kindje, ik dus, beschikbaar was. Ik weet van mijn adoptieouders dat ze ontzettend blij waren dat er eindelijk een kindje was. Ik weet dat zij blij waren met mij. Hun periode van wachten werd een periode van hoop en blijdschap, toch weer van blijde verwáchting. Van hoopvol uitkijken naar het moment dat ik op Schiphol zou landen en zij mij in hun armen konden sluiten. 

Voor mij is de periode in het kindertehuis ook een periode van wachten geweest. Ik vraag me af hoeveel tijd er is geweest van verwáchten. Als heel klein kindje leef je volgens mij vooral in verwachting. Je verwacht dat je gevoed wordt wanneer je honger hebt en huilt om aandacht hiervoor. Je verwacht troostende armen om je heen, een knuffel ter geruststelling wanneer je valt en pijn hebt. Het zijn weliswaar niet altijd verwachtingen waar je als klein kind woorden aan kan geven, maar het is wel een gevoel wat normaal gesproken bevredigd moet worden. Je hersenen kunnen hierdoor de juiste verbindingen maken, waardoor het hechtingsproces zich op de goede manier ontwikkelt. 

Bij mij is dit niet goed gegaan. Mijn verwachtingen werden op een gegeven moment een lange tijd van wachten op… Grote kans dat het ook steeds meer een stil wachten werd. 

De vraag volgt dan, in hoeverre kan je nog hoop houden? De basisbehoefte die je als mens zo nodig hebt, zoals liefde, vertrouwen, vertroosting, hoe lang blijf je hopen dat je dat krijgt? Mag je daar nog op rekenen. van nature denk je dat je er recht op hebt, maar wanneer je het niet of nauwelijks krijgt  leer je dat je het waarschijnlijk niet verdient. En dan gaat er ergens iets verkeerd, er ontstaat scheefgroei. Bij mij is het al vroeg scheef gaan groeien. En nu, dikke veertig jaar later heb ik hier nog vaak genoeg last van.

Ik verwacht bijvoorbeeld weinig van vriendschappen. Ik durf hierin maar weinig te verwachten. Ik probeer altijd mijn gedeelte van een vriendschap te doen en wil geen hoop koesteren dat de ander ook trouw zal zijn. Ik sta klaar voor de ander, maar durf er niet op te hopen dat de ander ook klaar zal staan voor mij. Ik vind het ook erg moeilijk om aandacht te vragen als ik dat nodig heb, ik durf het niet omdat ik dan zal merken dat ik de aandacht niet krijg. Huilen van verdriet doe ik alleen op mijn slaapkamer, omdat ik bang ben toch niet getroost te worden. Ik durf gewoon niet echt uit te reiken naar liefde, omdat ik bang ben dat ik niet gehoord of gezien word. Het heeft geen zin. Gelukkig, door de liefde van mijn man en kinderen leer ik langzaam aan dat liefde wederzijds kan zijn. Dat ook ik een knuffel krijg wanneer ik daarom vraag. Soms test ik het uit en vraag ik om een knuffel terwijl die ander druk bezig mee is, nog nooit heeft iemand binnen mijn gezin mijn vraag afgewezen. Mijn geliefden zijn een goede leerschool! Wat een zegen van God.

Momenteel voel ik mij behoorlijk verraden door bepaalde dingen die er de afgelopen weken zijn gebeurd. Gesprekken die plaats hebben gevonden, dingen die terecht én onterecht zijn uitgesproken. En gelukkig heb ik inmiddels een paar mensen om me heen waar ik wel naar uit durf te reiken. Waar ik mijn gevoelens durf te delen, zonder bang te zijn om niet gezien te worden. Wanneer ik hen bel, durf ik te hopen dat ze me woorden van troost of een knuffel kunnen geven. 

Zo groeien mijn verwachting en hoop steeds meer de goede kant op. Scheefgroei buigt zich langzaamaan weer recht. En daar zie ik Gods hand in. Hij laat zien hoe volmaakt Zijn controle is. 

Net als in het Paasverhaal waarin we kunnen zien hoe Gods controle volmaakt is; Jezus had als grote Regisseur alles volledig in de hand. Hij bepaalde het verloop van de geschiedenis op Zijn volmaakte manier. En vanuit die zekerheid mogen we vandaag vol stille hoop en verwachting uitkijken naar morgen. Naar het moment van Jezus’ opstanding. We mogen dé overwinning verwachten. 

Nu de wereld zucht en kreunt en de duivel als een dolle tekeer gaat, ook nu en misschien wel juist nu, mogen we een leven leiden vol hoop en blijde verwachting. Jezus heeft namelijk al het lijden, alle zonde, alle pijn en zelfs de dood overwonnen. Én Hij beloofde aan het eind van Zijn leven hier op aarde dat Hij alle dagen met ons zal zijn, totdat de wereld ophoudt te bestaan. 

Dus leven vanuit Zijn overwinning houdt een leven van hoopvolle verwachting in. Ook voor mij!

3 thoughts on “9. Stille Zaterdag

  1. Terwijl ik dit lees voel ik de pijn van vervlogen hoop. Ik herken dingen in je verhaal in mijn eigen leven. Maar ook huilt mijn hart om de pijn die jij meegemaakt hebt. Moge de God van de Vrede je steeds weer omringen met zijn niet-aflatende liefde, onvoorwaardelijk, ongeremd. Gezegend Pasen! 😘

    Liked by 1 person

Leave a reply to Sharon Cancel reply