Eerder heb ik geschreven over hoe boos en verdrietig ik was over hoe mijn opvoeding en opgroeien is verlopen. Nu, tien blogs verder, kan ik schrijven over hoe ik die gevoelens eindelijk echt heb losgelaten en hoeveel letterlijke vrijheid daardoor plaats heeft gevonden.
Deze zomer vond eindelijk de New Wine ZomerConferentie weer in fysieke vorm plaats. Wij gingen daar samen met een groep bekenden kamperen.
Door één van de ochtendsessies realiseerde ik me hoe vast ik nog zat aan uitspraken en ideeën vanuit mijn opvoeding. Het feit bijvoorbeeld dat ik geleerd én gezien heb dat vrouwen zo min mogelijk ruimte in mogen nemen. Ze zijn gemaakt om te baren, kinderen op te voeden en hun man altijd te gehoorzamen. De spreker van die samenkomst deed een oproep om af te rekenen met de leugens die ooit over je leven zijn uitgesproken en jou klein en ondergeschikt houden. Samen met zoveel anderen was ook ik naar voren gelopen om de leugens bij het kruis van Jezus te leggen en terwijl ik weer terug liep wist ik dat er nog meer op te ruimen was. Ik zag een lieve zus zitten en ik vroeg haar of ze met mij wilde bidden.
We gingen naar een rustigere plek en terwijl we aan het praten en bidden waren kwam ik opnieuw bij de pijn en boosheid over wat ik als kind gemist heb. Ik heb al jong ontdekt dat het voor mij het veiligst was dat ik zo min mogelijk ruimte innam. Geen aandacht vragen zorgde voor enige rust en stabiliteit. Wat ik ten diepste mijn adoptiemoeder kwalijk nam was dat zij niet gezorgd heeft voor een veilige omgeving voor haar kinderen. Niet ik was degene die voor rust en veiligheid moest zorgen. Zij als moeder had die verantwoordelijkheid!
Wat mij betreft had mijn adoptiemoeder veel eerder bij mijn vader weg moeten gaan. Sterker nog, eigenlijk hadden mijn adoptieouders nooit mogen adopteren, wat mij betreft. Die uitspraak is natuurlijk dubbel. Want als zij dat niet hadden gedaan, zat ik hier nu niet achter de laptop mijn verhaal uit te typen. Dan was ik niet op andere vlakken en in andere organisaties actief geweest om zo Gods waarheid te kunnen delen. Al geloof ik dat God dan vast wel andere creative manieren had gebruikt om mij tot mijn recht te laten komen.
Hoe dan ook, tijdens dat gesprek werd die pijn van onveiligheid, verwaarlozing en het gebrek aan daadkracht bij mijn adoptiemoeder opnieuw aangeraakt. En hoewel ik hierin al een heel stuk heelheid had ontvangen kwam de boosheid hierover toch weer naar boven. Mij werd de vraag gesteld of ik mijn adoptiemoeder wel echt vergeven heb. Voor mijn gevoel heb ik dat echt gedaan, ook toen was ik daar van overtuigd. Maar op dat moment kon ik het niet hardop zeggen. Ik wilde het echt, maar iets, of beter gezegd iemand hield mijn keel dicht zodat ik het niet hardop kon zeggen. Ik had dus inderdaad nog wat ‘op te ruimen’.
Het is ergens zo fijn en misschien zelfs wel veilig om bepaalde boosheid vast te houden. Als mens wil je zo graag in je recht staan. Ik heb dingen meegemaakt die ik niemand gun. Geen enkel kind zou mogen zien wat ik heb gezien, of mogen horen wat ik heb gehoord. Toch leven we in een verknipte en duistere wereld waar dit soort dingen helaas gebeuren. Het voelt goed om daar boos over te zijn. Maar wanneer die boosheid mij belemmert om in echte vrijheid te leven, dan is het niet goed. En ook dat gun ik niemand.
Toen ik daar op die rustige schaduwrijke plek naast mijn zuster stond ervoer ik het diepe verlangen om al die boosheid die ik toch zo krampachtig vasthield los te laten. Het putte me uit en ik verlangde naar volledige vrijheid. Ik ben er van overtuigd dat iets duisters mij vasthield. Alleen door gebed, door het wegsturen in de naam van Jezus en te weten dat ik vanuit mijn identiteit als kind en erfgenaam van God in Zijn kracht daar stond, kon ik afstand doen van mijn boosheid en verdriet. Ik voelde letterlijk het duister uit mij gaan en in plaats daarvan kwam er een diepe vrede en blijdschap die zich nestelde in mijn binnenste. Hardop kon ik eindelijk vergeving uitspreken naar mijn adoptiemoeder.
Het is bizar om te ontdekken hoe de boosheid diep binnen in mij geworteld zat en me vasthield zonder dat ik me er eigenlijk bewust van was. Ik dacht nergens last van te hebben en was er zelfs van overtuigd dat ik mijn moeder echt had vergeven.
Maar op het moment dat ik daar naast mijn zus in de Heer de woorden van vergeving hardop kon uitspreken ontdekte ik het verschil tussen ‘weten dat het moet’ en ‘daadwerkelijk doen’. Daadwerkelijk doen is de letterlijke stap die God van Zijn kinderen vraagt. Het zet ze vrij waardoor Hij nog meer Zijn zegen over hun levens kan laten stromen.
Het heeft mij vrij gezet, ik voel meer energie in mijn lijf, ik voel meer kracht in mijn zijn.
Ik voel mij nog meer een Koningsdochter!
Bijzonder dat iets wat je dacht al te hebben gedaan toch nog zoveel impact kan hebben, zonder dat je het doorhebt. En hoe echt vergeven zoveel verschil maakt.
LikeLike